- afzwemmen
- {{afzwemmen}}{{/term}}I 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [wegzwemmen] s'éloigner en nageant2 [de zwemtocht beginnen] partir3 [stroomafwaarts zwemmen] descendreà la nage4 [m.b.t. het zwemdiploma] passer son brevet de natation♦voorbeelden:3 de rivier afzwemmen • descendre la rivière à la nageII 〈overgankelijk werkwoord〉1 [ten einde zwemmen] parcourir à la nage
Deens-Russisch woordenboek. 2015.